donderdag 28 januari 2010

Algemeen


Lente

Lente

De uitademing wordt zichtbaar (groen): geuren gedragen door de luchtbeweging (astraal)

Hoewel volgens de kalender het nieuwe jaar al een paar maanden oud is geldt voor de kinderen de ontluikende lente als het echte begin van een nieuw jaar. Het is een vreugdevolle tijd. Kinderen beleven de opstandingskrachten in de natuur. De weg wijst naar buiten. Alle feesten die we vieren in de tijd tot de zomer vinden vooral buiten plaats. Het zoeken van paaseieren. Het pinksterfeest met het dansen rond de meiboom en het vieren van de bruiloft met het pinksterbruidspaar met zangspelletjes in de buitenlucht.







Het sneeuwklokje
Het was nog winter.Op de bevroren grond lag een dun laagje sneeuw en daaronder, in de aarde, woonde een sneeuwklokje. Veilig geborgen lag het in zijn bollehuisje, maar sliep niet meer. Het had zich lang genoeg in het donker verborgen. Nu was het nieuwsgierig geworden en wilde graag zien of er al andere plantjes en bloemetjes boven de aarde te voorschijn waren gekomen. Rond de bol begon de aarde warm te worden, zodat de sneeuw uiteindelijk boven het sneeuwklokje een klein stukje aarde vrij maakte.
Zodra het sneeuwklokje het heldere voorjaarslicht zag zond het de eerste blaadjes omhoog en strekte het zich uit naar het licht. Het opende langzaam zijn bloemkelkje en ontdekte dat het nog helemaal alleen op de koude aarde was en dat er van zijn bloemenvriendinnen nog niets te zien was. Bedroeft liet het zijn hoofdje hangen tot er een fris windje kwam aanwaaien: 'Weken en maanden ben ik nu al onderweg zonder ook maar één bloemetje te zien. Wees gegroet, jij kleine lentebode!', riep het vrolijk. En het speelde met het klokje zodat dit een heel teer en zacht geklingel liet horen.
Door dit geluid werden langzaamaan ook de andere voorjaarsbloemen wakker. Toen het sneeuwklokje hier en daar madeliefjes, sleutelbloemen en viooltjes hun kopje boven de aarde zag steken was het erg blij. Het bedankte de wind die geholpen had zijn bloemenvriendinnen wakker te luiden.
Bron: leven met het jaar.



Seizoentafel - Beeld van Natuurgebeuren door het jaar heen


De Seizoenentafel
De seizoenentafel is een plek in huis (of in de school) waar men de kringloop van het jaar volgen kan. Dat wat buiten gebeurd in de natuur kan binnen tot uitdrukking gebracht worden. Alle figuren op de seizoenentafel verwijzen als beeld naar het wezenlijke in de natuur. De seizoenentafel biedt je de mogelijkheid steeds meer mee te leven met het ritme van de verschillende jaargetij den zoals de lente-midzomer, de herst, de winter. Door het bewust beleven van het jaarritme ontstaat er een innerlijke zekerheid. Vooral jonge kinderen kunnen zich nog moeilijk voortellen wat er in de natuur plaatsvindt. Toch kennen ze onbewust de wetten van de natuur. Door op de seizoenentafel in kleuren en beelden de omgeving van buiten naar binnen te brengen, roepen we iets in hen wakker dat niet eenvoudig in woorden uit te drukken valt. We zien bij de kinderen de vreugde van de herkenning. Wat grotere kinderen gaan zelf er op uit in de natuur en brengen dan mooie dingen mee voor de seizoentafel. Grotere kinderen en volwassenen versieren de seizoenentafel (ook wel jaartafel genoemd) veel liever met een mooie steen of een reproduktie. Terwijl kleinere kindjes graag popjes van vilt, bloemetjes, mooie takjes, een kleed aangepast aan het seizoen willen zien.Het is goed voor een dergelijke tafel een vaste plek in het huis te kiezen. Dit geeft de kinderen houvast. Het is echter niet de bedoeling dat de kinderen de tafel in hun dagelijkse spel betrekken. Een kleine tafel, een kastje, een stronk, een kist of een speciaal daarvoor gemaakte brede plank zijn geschikt om als seizoenentafel gebruikt te worden.Hoe kleed je nu zo'n seizoenentafel aan?De basisaankleding kan worden gevormd door soepel vallende lappen zoals velours, flanel, zijde. Hoe groot, strak of ruim geplooid de lap is, hangt van je eigen voorkeur en mogelijkheden af. De kleuren van de ondergrond en achtergrond zijn heel belangrijk. Deze drukken de stemming van het seizoen uit. Verzamelde stenen, stronken, vaasjes, popjes blaadjes, kaarsje zijn o.m. geschikt bij het inrichten van de seizoenentafel. Verse bloemen in de juiste kleurencombinatie aangepast aan het jaargetijde zijn onmisbaar op de seizoenentafel.De seizoenentafel vormt tevens een goede aanvulling voor het vieren en beleven van de jaarfeesten in een bepaald jaargetijde. Hoe kan de seizoenentafel er nu in het herfsttijd uit zien? De zomer is voorbij. Er wordt nu gekeken wat de oogst heeft opgeleverd. Dit kan men op de seizoenentafel uitdrukken door vruchten en zaden neer te leggen. Het roze van het voorjaar gaat via dieprood naar bruin. De natuur sterft. De mens moet zich nu staande houden. Hij is aangewezen op zichzelf. Hij heeft moed nodig om innerlijk niet mee te gaan in de verwelkende, stervende krachten. Dit uit zich in die twee polariteiten goed/kwaad; licht/duisternis. Hij moet de strijd aangaan tegen de hebzucht, zelfzucht (drakerigheden). Om deze moed te versterken vieren wij op 29 September het Michaelsfeest. De aartsengel Michael is altijd afgebeeld op prenten, strijdende met een draak. Naast alle mooie paddestoeltjes, kalebassen, kastanjes, beukentakjes kan men een draak neerleggen bijv. gemaakt van stekelige bolsters, dit ev. afgewisseld met een mooie prent van Michael.Verder gaan de herfst in, vieren wij op 11 november Sint Maarten. 'Hij die zijn mantel deelde met een bedelaar'. Kinderen trekken dan zingend langs de deuren met zelfgemaakte lampions van uitgeholde pompoenen of knollen etc. en ontvangen dan fruit of wat snoepjes. De mensen maken dan hetzelfde gebaar als Sint Maarten en schenken een deel van hun oogst. Naderhand kunnen de lampions op de seizoenentafel geplaatst worden en als lichtje dienen om zo het beeld van Sint Maarten innerlijk mee te dragen.Vijf december vieren het Sint Nicolaasfeest. 'Wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe'. Nog eens een manier om naar elkaar tekorten te kijken. Voor het jonge kind kunnen we het Sint Nicolaasfeest goed uitdrukken samen met een paar Pieten die hem helpen op de seizoenentafel.Geleidelijk aan neemt de herfst ons mee de Adventstijd in, de voorbereidingstijd voor Kerstmis. Advent betekent ‘dat wat komt'. Atwachten tot de ontmoeting plaatsvindt. De seizoenentafel kan dan helemaal leeg gemaakt worden. Slecht een blauw kleed geeft aan dat er iets komende is. Tijdens de adventsweken kunnen wij de aarde a.h.w. weer opnieuw opbouwen op de seizoenentafel. De eerste week leggen wij een paar mooie steentjes neer. De tweede week plaatsen we wat mos en een klein bloeiend plantje op de tafel. De derde week zijn de dieren aan de beurt, de ezel, de os, de schapen. De vierde week plaatsen wij de herders op het veld. Maria en Jozef zijn op weg naar de stal. Vaak worden zij ergens in de kamer gezet en de kinderen zorgen er wel voor dat ze op de juiste dag de stal bereiken. Hoog boven in het lichte blauwe hemelgewelf op de seizoenentafel kan men een Engel plaatsen die het 'Kind' brengt. Uiteraard zakt de Engel iedere dag wat lager. Dan kan de stal gezet worden, ongeveer midden december. De advent heeft ons de stilte en de hoop geboden. Nu kan de verwachting vervuld worden. Naast de blauwe kleur van de hoop en verwachting kan nu het rood van het levende toegevoegd worden. De beide kleuren komen ook weer terug in het kleed van Maria.Na de Kerst komt de Wintertafel. De grondkleuren zijn dan wit-zilverachtig. Koning Winter staat centraal. Voor de kinderen drukt men dat ook uit door een echter Koning Winter neer te zetten op de seizoenentafel met een vrouwtje Dooi.We komen de winter uit en gaan het voorjaar in. De aardkleur is bruin met wat rood. Aangezien de Lente nog niet helemaal doorgebroken is, kan Moeder Aarde samen met haar wortelkindjes op de seizoenentafel neergezet worden. Tesamen werken zij aan het laten groeien en bloeien van planten, bloemen, boomknoppen etc. Dan als alles kiemend en wel boven komt, nieuw jong leven, is de Lente in het land. Dit is het jaargetijde van de opstanding. De basiskleuren op de seizoenentafel zijn groen, geel en rozerood. Vaak wordt de seizoenentafel versierd met een ware Lente-fee; voor de kinderen is dit zeer herkenbaar. Verder kan de seizoenentafel aangevuld worden met allerlei gekleurde vilten bloemen, boomknopjes, vunders, bijen.Pasen is het opstandingsfeest in dit jaargetijde. In de natuur heerst er volop nieuw leven, dartelende lammetjes, in alle bomen ontstaan de knoppen. Een zachte lentezon belicht de natuur. Op de seizoenentafel kunnen gele frisse bloemen, paashazen, kuiken, gekleurde eieren, een kaars, tezamen met een mooie kaart of prent waarop de opstanding waarneembaar is.Dan naderen wij in juni het Pinksterfeest. Het is het feest van de toekomst. Het Pinksterfeest, niet zozeer een feest van de scheppende aardekrachten, maar van de menselijke geest, die op aarde op weg is naar de Goddelijke geest. De mens moet zelf aan het werk in alle vrijheid. De natuur lokt ons ook meer en meer naar buiten. De seizoenentafel wordt versierd met bv. zelfgemaakte bloemen van papier, drnfjes, een kaarsje.Overgaande na enkele weken in het zomerseizoen met daarin het jaarfeest van St. Jan (Johannesfeest), beleven wij de zon op het hoogtepunt, 21 juni. De aarde heeft uitgeademd. Aarde en kosmos zijn een. Het St. Jansfeest wordt gevierd; de mens kan in deze tijd weer tot nieuwe ideeen, gedachten, tot inkeer komen. 'Hij moet groeien, ik moet afnemen'. De zon trekt ons naar buiten. Alles in de natuur staat volop in bloei, bij en zwermen, vlinders zijn een en al beweeglijkheid buiten. De seizoenentafel heef als basiskleur groen en hemelsblauw. Bijen en korfjes zelfgemaakt, overal natuurelfjes, met eventueel gemengde zomers bloemen. Als het werkelijk hoogzomer is, is het rustig op de seizoenentafel. Alles speelt zich buiten af. ledereen trekt erop uit en neemt van buiten iets mee. Een geel kleed als basis. Schelpjes, stokjes, bloemen ziet men dan vaak op de seizoenentafel.De seizoenentafel wordt niet alleen thuis gebruikt. In elke klas van de Vrije School zie je wel een seizoenentafel. Dit begint al bij de peutergroep en gaat door tot de hogere klassen. Je ziet ook ware verandering op de seizoenentafel van klas tot klas als het goed is. De seizoenentafel groeit als het ware mee met de ontwikkeling van het kind. Zo zegt Will de Waal, peuterleidster van 'de Karbonkel' het volgende over haar seizoenentafel in de peuterspeelzaal: "Het hele jaar door zijn we op de peuterspeelzaal met feesten bezig; feesten die voorbereid worden. leder j aargetij de heeft zijn eigen karakter, zijn eigen sfeer en stemming. Elke ochtend openen we met de peuters rond de jaartafel. Er is altijd wel een kind die iets meebrengt en dit wordt dan vol ontzag neergelegd. Kabouter Langbaard heeft daar ook zijn vaste plekje en maakt een praatje met de kinderen. Rondom de jaartafel worden liedjes gezongen, spelletjes gespeeld en verhaaltjes verteld. De jaartafel speelt zeker voor de jongste kinderen een zeer belangrijke rol in het beleven van de samenhang van aardse en kosmische krachten."Hopenlijk draagt dit artikel bij uw seizoenentafel levendiger en sfeervoller te maken.
Josha Coxon
Overgenomen van: Tijdschrift Stichting Kore, Ahrnem.
http://www.kore.nl/seiztaf.html



Meer informatie vindt jij op:

woensdag 6 januari 2010

Algemene Informatie

Waarom zijn de feesten zo belangrijk? In de eerste plaats zijn wij een Christelijke instituut, wij vieren daarom de jaarfeesten en zij vormen een belangrijk deel van onze cultuur. Waarom de hele speciale tradities bij onze vieringen? Waarom hoort het ene beeld of lekkernij bij een feest, de andere bij een ander feest? Zoals de meeste dingen bij ons, zijn er uiterlijke aspecten maar ook innerlijke, wezenlijke aspecten waaraan wij onze standpunten ontlenen.

Om terug te komen bij de uiterlijke kenmerken van een feest. Denk eens even terug aan eigen kinderjaren? Wat hoorde bij Kerst? Bij Pasen? Waar beleefde jij het aan? Wat creëerde de specifieke sfeer?

Onze kinderen kunnen niet naar de kalender om te lezen waar wij in het jaar zijn aangekomen. Zij hebben het van hun zintuig indrukken. Dat wat ze zien, wat ze ruiken, wat ze proeven, dat hoort bij een heel specifieke tijd van het jaar. Daar moeten zij hun tijdsbeleving aan verbinden. Iedere feest heeft als het ware zijn eigen karakter, zijn eigen symbolen, geuren en smaken. Daarom is het ook belangrijk dat wij het ene feest goed afsluiten om een nieuw feest in te luiden.

Een al te harde omlijnde kijk op de vieringen leidt op den duur alleen maar dogma’s en uiterlijke smuk. Het is mogelijk om van buiten kennis te nemen wat is “juist”, maar dat kan nooit voldoende zijn. Het moet ook innerlijk gedragen wordt vanuit het wakkere bewustzijn. Het behouden van deze cultuur vraagt om meer dan uiterlijke gebruiken en tradities; het vraagt dat ieder individu zich er zelf mee uiteenzet, er mee worstelt. Men vindt het heden ten dagen heel moeilijk om iets te doen waar men zelf nog niet achter staat. Dat is volkomen terecht. Aan de andere kant is het een onbegonnen taak om iets in stand te houden zonder dat er mensen zijn die het volledig willen dragen.

De bron waar wij uit putten is de geesteswetenschap. De denkbeelden hiervan is tijdloos, het raakt niet ouderwets of achterhaald. Het toont ons de weg om het wezenlijke achter de verschijning te ontdekken. Daar gaat het om. Het is ontstaan uit eeuwige, universele waarheden, niet vanuit gedachtespinsels of aardse logica. Dat is moeilijk verzoenbaar met de hedendaagse intellectuele benadering vanuit logische feitenkennis. Het vraagt een ander soort denken van ons. Dat ontwikkelt men niet snel. Dat neemt nu eenmaal tijd. Het vraagt om inzet, om worsteling en om er tegen aan te gaan - het komt niet gewoon vanzelf tot stand, niet met het vergaren van feitenkennis. Het moet doorwrocht en doorleefd worden.


Tekstkleur

Ankerpunten in ons dagelijks bestaan

De verbindende kracht van rituelenVan oudsher vieren mensen het wisselen van de seizoenen en belangrijke gebeurtenissen in hun leven met feest en ritueel. Door te vieren verheugen mensen zich over bijzondere momenten en eren ze de schoonheid en het mysterie van de natuur. Zonder rituelen glijdt het leven aan ons voorbij. De tijd gaat snel en onze dagelijkse bezigheden slorpen onze aandacht op. Overgangsrituelen en seizoensfeesten zijn ankerpunten. Ze bieden rust in onze dagelijkse wedren. Ze geven ons de tijd om rustig van de ene fase in de andere te glijden. Ze maken ons bewust van wat er eigenlijk gaande is en voorkomen dat we onoplettend aan wezenlijke dingen voorbijgaan.
Rituelen zijn een fascinerend middel om bijzondere gebeurtenissen boven het alledaagse uit te tillen en ons leven intens te proeven, te voelen en te beleven. Met seizoensrituelen vieren we de overgang van het ene naar het andere seizoen. We staan stil bij wat die overgang bij ons teweegbrengt en we delen die ervaring met ons gezin of met de gemeenschap waartoe we behoren. Zo verbinden rituelen ons met elkaar en met de natuur die ons omringt. Rituelen scheppen ook verbondenheid over generaties heen. Symbolen en rituelen erven we van vorige generaties: van onze voorouders of voorgangers. Wat we van hen hebben geleerd, geven we op onze beurt door aan al wie na ons komt. Op die manier zijn we verbonden met verleden en toekomst. In dit gevoel van verbondenheid met vroegere en toekomstige generaties schuilt ook de kracht van de traditie. Traditie is een geschenk van de voorouders. Het is rijk aan de ervaringen, gevoelens en waarden van vorige generaties. Dat maakt tradities sterk en krachtig. Toch is het soms ook nodig om ze te verrijken met een persoonlijke en originele toets.
Alleen zo spreken symbolen en rituelen de taal van ons hart en blijven ze echt leven.
In de antroposofische traditie is het begin van de herfst verbonden met het feest van Michaël. Enerzijds delen we met z’n allen de mythe, de liedjes en gebruiken. Anderzijds
geeft elke groep ook weer een eigen invulling aan dit feest. Zo organiseerde ……, die een antroposofische kunstschool leidt, ooit een vliegerfeest om Michaël te vieren. “Samen met de kinderen maakten we kleurige vliegers die we daarna hebben opgelaten. Vliegeren is
eigenlijk ook een beetje vechten, net zoals Michaël deed, maar dan met de wind.”

Veranderen en helen
Rituelen markeren verandering. Waar we met seizoensfeesten de overgang van het ene naar het andere seizoen vieren, markeren overgangsrituelen, of rites de passages, de overgang van de ene naar de andere levensfase.
Rituelen markeren niet alleen veranderingen; ze zetten verwerkingsprocessen en verandering in gang. Ze helpen ons onze emoties te doorleven en ons aan nieuwe situaties aan te passen. Elke overgang is een breukmoment. Elke overgang gaat over afscheid en begin, over winst en
verlies. Rituelen helen de breuk. Wanneer het herfst wordt, laten we de zomer achter:
zonnige terrasjes, shorts en sandalen, kamperen in het groen. Het is voorbij. Dat kan lastig zijn. De eerste herfst-kilte en de donker wordende dagen kunnen tot buien van depressie en melancholie leiden. Toch heeft elk jaargetijde zijn eigen, unieke charme. Een ritueel dat oog heeft voor wat we achterlaten én voor alles wat er in de plaats komt, helpt ons om opnieuw in harmonie te zijn met de natuur. Herfst is immers ook: paddestoelen in het bos, kleurrijke
landschappen, geurige pompoensoep en de warmte van een knusse trui.

Danken
Het herfstseizoen is een tijd van dankbaarheid. De natuur overstelpt ons met haar gulle gaven, waar we volop van kunnen proeven en genieten. De cirkel van zaaien, groeien en oogsten is rond. De appel valt. In het klokhuis van de appel, omgeven door een vijfvoudige ster, bevinden zich de zaadjes die nieuw leven symboliseren en de appel in verband brengen met vruchtbaarheid. De Kelten associeerden de appel met de Grote Moeder, de drievoudige Godin, die in haar oude, wijze gedaante de appel van onsterfelijkheid aanbiedt. In de Germaanse mythologie is het Vrouw Holle die waakt over het zaad en over de zielen die wachten op een nieuwe incarnatie. Je kan het sprookje van Vrouw Holle lezen als een metaforisch verhaal. Wanneer het meisje haar spoel in de put laat vallen, is haar levensdraad gebroken en komt ze bij Vrouw Holle terecht. In Germaanse mythen is het levenslot van de mens een draad die door de schik-godinnen wordt gesponnen en uiteindelijk ook door hen
wordt doorgeknipt. Bij Vrouw Holle wordt het meisje gevraagd om een handje toe te steken: warme broodjes uit de oven halen, rijpe appeltjes plukken en het kussen van Vrouw Holle opschudden, zodat het op aarde sneeuwt. Allemaal taken die getuigen van een goede samenwerking tussen het meisje en het scheppende beginsel dat Vrouw Holle symboliseert. Zo worden vruchten voortgebracht die ook de aarde ten goede komen zoals brood, appels en de schittering van sneeuwkristallen. Wanneer het meisje haar taken heeft vervuld, krijgt ze haar spoel terug en terwijl ze onder de geboortepoort doorloopt, wordt ze bedolven onder gaven en talenten, in de vorm van stralend goud.Het meisje straalt en schittert, ze leidt een rijk en vruchtbaar leven. Haar luie tegenpool daarentegen is dof en zwart. Haar innerlijk leven is arm en ze brengt vruchten noch rijkdom voort waarin ze anderen kan laten delen. Vrouw Holle is verbonden met de kringloop van het leven, met de schepping die neemt en geeft en ons, als we op ons best zijn, inspireert tot rijkdom en overvloedig delen.

Het wonder
Tegelijkertijd heeft elk van ons ook zijn ‘doffe dagen’. Soms vragen we ons misschien wel af of er alles welbeschouwd in ons leven wel zoveel te danken valt. Het leven kent naast zijn ups ook vele downs. Toch slagen sommige mensen erin ondanks alles een gevoel van dankbaarheid te bewaren. Dankbaarheid lijkt voort te vloeien uit de ervaring van het wonder. Wie ondanks alles het wonder kan blijven zien, voelt dankbaarheid opwellen. Als we het wonder niet meer zien, krijgt alles een doffe, kleurloze vanzelfsprekendheid die ons onverschillig de schouders doet ophalen. Wanneer we ons in deze ‘doffe’ toestand bevinden, stellen we ons meestal maar één vraag: heb ik iets gekregen waar ik dankbaar
voor moet zijn? Of: waarom zou ik dankbaar zijn, ik kreeg toch niet wat ik wilde. Wie het wonder ervaart, stelt zich een andere vraag: wat heb ik te geven? Wat is mijn unieke gave, mijn unieke talent dat ik in mijn leven tot uitdrukking kan brengen? Hoe kan ik mijn eigen stempel drukken op dat wat ik in dit leven doe? Heb ik via mijn talent ook anderen iets te bieden en draagt het bij tot een betere of prettigere samenleving? Maak ik de gaven en talenten die mij geschonken zijn vruchtbaar? En ten slotte, kan ik zelf zo van mijn gave
genieten dat ik er mezelf in verlies en dat ik af en toe helemaal opga in het wonder?
Vragen die inspireren

Terwijl de ene kringloop afloopt, glijden we na de herfstequinox
zachtjes naar het donker toe en naar een nieuwe cyclus, waaruit
nieuw leven en nieuw licht geboren kunnen worden.

In een ‘Vrouw-Holle-ritueel’ kan je aan de hand van het sprookje van Vrouw Holle de balans opmaken van de cyclus die achter je ligt. Welke inspanningen heb je geleverd en welke vruchten kan je plukken? Schenk ook aandacht aan je ‘luie’ alter ego. Wat heb je in deze cyclus laten liggen? Wat heb je nagelaten of waar heb je gefaald? Kan je nog iets doen om het evenwicht te herstellen of neem je je voor om het in een nieuwe cyclus van groei en oogst
anders aan te pakken? Dit ritueel kun je ook goed met kinderen uitvoeren. Zorg dan voor een wateremmer die symbool staat voor Vrouw Holle en de waterput. Gooi zwarte en
goudkleurige stukjes draad in de emmer. Laat de kinderen nadenken over de ‘stralende’ en de ‘doffe’ aspecten van hun leven. Laat ze beutelings een aantal gouden of zwarte draadjes uit de emmer nemen en de leuke of vervelende ervaringen verwoorden die bij de verschillende stukjes ‘levensdraad’ horen. Aan het eind laat je de kinderen de stukjes draad aan elkaar knopen, waardoor een stuk van hun levensweg wordt gesymboliseerd. Ook kan je de draden
van alle kinderen aan elkaar vastknopen en er een cirkel mee maken. We leven immers niet alleen, maar we ontmoeten elkaar en ondergaan daarbij elkaars schittering of elkaars doffe humeur bijvoorbeeld. Leg de cirkel in het midden neer en blijf er omheen zitten of staan. Laat dan een mand met appels rondgaan en laat de kinderen terwijl ze een appel nemen, vertellen waar ze op dit ogenblik dankbaar voor zijn. Sluit het ritueel feestelijk af met broodjes, appelcake of ander herfstig lekkers.

T E K S T : C A R L A R O S S E L S
Carla Rossels is schrijfster van o.a. het boek Natuurrituelen; een innerlijke reis.
Uitg. Houtekiet, Amsterdam, 2004.

Overgenomen uit: SEIZOENER •HERFST 2007



Meer informatie over de Jaarfeesten vindt jij hier: